Emotionele overbelasting: mijn lichaam zei stop, maar ik wilde doorgaan

Als je blijft doorgaan terwijl je eigenlijk al leeg bent, spreekt je lichaam. Over verlies, vaderschap en het moment waarop alles stilvalt.
Emotionele-overbelasting

Inleiding

Tijdens onze vakantie naar de familie in Turkije gingen we er even tussenuit. Vier dagen weg. Zon, zee, zand. Op vijf uur rijden ligt Ayvalik, een rustige plek aan de Egeïsche kust. Alles wat hoort bij ontspanning. Maar diep vanbinnen wist ik het al voor we vertrokken: ik had geen ruimte meer. Niet fysiek. Niet mentaal. Niet emotioneel. Mijn systeem zat vol. Ik was overbelast, al had ik dat op dat moment nog niet door. Emotionele overbelasting kruipt vaak stilletjes je lijf binnen, tot het zich ineens laat voelen. En mijn lichaam… dat wist het nog eerder dan ik.

Mijn lichaam sprak als eerste

Sinds we in Turkije zijn, voel ik al een soort spanning in mijn lijf. Niet overduidelijk, maar aanwezig. Nog geen woorden voor. Het komt en gaat, als een golf die zich aandient zodra het even stil wordt.

Genoeg momenten waarop ik gewoon lachend van de waterglijbaan ga met mijn zoon. We gooien een balletje over, maken grapjes, hebben plezier. Maar zodra ik ga liggen om te rusten, is het lichaam er weer. En het fluistert:

“Ik ben er nog. Ik wil je iets vertellen. Maar alleen jij kunt me verstaan.”

Ik probeer dan te luisteren. Te linken. Te begrijpen. Oké, ik hoor je. Ik ben er. Maar later komt het weer terug. En dan zegt het lichaam:

“Nee, dat was het niet. Zoek nog maar even verder.”

Tot ik onder de douche vandaan kom en een bult zie in mijn lies. Geen pijn, maar een lichte zwelling. Alleen zichtbaar als ik sta. Een drukkend gevoel, alsof er een hand op mijn onderbuik ligt. Mijn brein, getraind op gevaren, slaat meteen aan. Liesbreuk. Wat als het misgaat?

De oude patronen komen op gang. Controle. Scenario’s. Angst. Mijn ademhaling blijft rustig. Mijn hartslag ook. Maar ík ben niet rustig.

En dat is misschien wel het hardst om toe te geven. Mijn lichaam was niet in gevaar. Maar mijn systeem voelde zich onveilig. Ik observeerde. Ademde. Liet de paniek niet overheersen. Maar ze zat er wel.

De strijd tussen vaderschap en uitputting

We waren met z’n drieën: mijn vrouw, mijn zoon en ik. En ondanks mijn verlangen naar rust, voelde ik alles in mij gespannen.

Mijn zoon is gevoelig. Hij voelt haarfijn aan wanneer ik uit balans ben. En hij kan, net als ik vroeger, volledig meegaan in de energie van anderen. Tijdens deze vakantie raakte hij continu getriggerd door het chaotische gedrag van zijn nichtje. Hij ging daarin mee. Zijn gedrag sloeg alle kanten op.

Normaal zou ik rustig blijven. Zachtheid inzetten. Begripvol begrenzen. Maar nu had ik geen ruimte. Geen geduld. Geen buffer.

Ik voelde boosheid. Frustratie. Vermoeidheid. Niet op hem. Maar op mezelf. Waarom kan ik dit nu niet dragen? Waarom lukt het me niet om rustig te blijven?

Omdat ik al te lang iets draag wat ik nooit écht heb losgelaten.

Mijn oma

Tussen alles door kwam het besef van iets anders. Iets diepers. Mijn oma, die ooit zo vitaal en krachtig was, zit nu in haar laatste hoofdstukken. Gordelroos. Hartproblemen. Pijn. Verdriet. Haar ogen glanzen minder. Haar bewegingen zijn trager. Haar wil om positief te blijven lijkt te wankelen.

Ik wist dit al. Natuurlijk. Maar iets horen aan de telefoon en het zelf met eigen ogen zien, dat zijn twee werelden. En deze kwam binnen.

Ik hield me groot. Zei tegen mezelf: het is de leeftijd, het hoort erbij. Maar mijn lichaam wist het al eerder. Diep vanbinnen deed het meer pijn dan ik wilde toegeven.

En ik? Ik voelde mezelf bevriezen. Niet nu. Dit kan ik er niet bij hebben. Ik wil haar niet verliezen. Niet op deze manier.

Maar ik weet ook: het leven wacht niet tot je ruimte hebt. Het dient zich aan. Rauw. Echt. Net als rouw zelf.

Ik heb mijn moeder begraven. Mijn vader. En nu dreigt het afscheid van de laatste ouderfiguur in mijn leven. En eerlijk? Ik wil dit niet dragen. Maar ik moet.

De bescherming die geen bescherming meer is

Op een bepaald moment lag ik op bed. Telefoon in mijn handen. Gebogen armen. Mijn schouders opgetrokken. Nek vast. Adem oppervlakkig.

Alsof ik mijn hart probeerde te beschermen. Tegen het leven. Tegen pijn. Tegen voelen.

En ineens zag ik het. Dit is mijn oude houding. De houding van een jongen die alles wil dragen, maar niet durft te breken. Die liever in elkaar zakt dan zich opent.

Maar ik ben geen jongen meer. Ik ben een man. En mijn lichaam verdient geen harnas meer, maar ruimte.

Ik legde mijn telefoon weg. Strekte mijn rug. Opende mijn borst. Ademde.

En toen gebeurde het.

De overgave

Mijn hart begon krachtiger te kloppen. Mijn adem werd dieper. Mijn schouders zakten vanzelf. En de tranen kwamen. Eindelijk.

Geen drama. Geen hysterie. Gewoon echt.

Niet alleen om mijn oma. Niet alleen om mijn zoon. Maar om alles wat ik al die tijd heb vastgehouden. Wat ik nooit volledig durfde te voelen.

Het betekent niet dat ik nu emotieloos ben. Integendeel. Ik ben eerlijk. Eerlijk over wat er speelt. En dát maakt me sterk genoeg om het te dragen.

Net als in de sportschool. Je tilt geen honderd kilo bij je eerste training. Je bouwt het op. Week na week. Laag na laag.

Zo werkt dit ook.

Iedereen draagt iets. Een rugzak gevuld met pijn, spanning, angst en geluk. Dat is het leven. Je hoeft het niet op te lossen. Je hoeft het alleen te leren dragen.

Weet je niet hoe? Onder dit artikel nodig ik je uit om het samen te verkennen.

Wat ik nu weet

Soms denkt je hoofd dat je rust nodig hebt, maar je lichaam schreeuwt om ruimte. Om voelen. Om adem.

Ik ben niet bang voor pijn. Maar ik was wel bang voor kwetsbaarheid. Voor toegeven dat ik het soms gewoon even niet weet.

En nu, met mijn rug recht en mijn hart open, weet ik dat ik niets meer hoef te verbergen.

Slot

Ik schrijf dit niet om iets moois van te maken. Ik schrijf dit om eerlijk te zijn.

Er zijn momenten waarop het leven te veel lijkt. Waarin je lichaam fluistert wat je hoofd nog niet durft te horen. Waarin je vader bent, zoon bent, kleinzoon bent en gewoon niet weet hoe je het moet combineren.

Maar als je stopt met jezelf bijeenhouden, en je hart één keer laat zeggen: ik ben moe. Ik wil voelen. Dan ontstaat er iets nieuws.

Geen verlossing. Maar waarheid. En dat is genoeg.

Share:

More Posts

Bedankt
voor je bericht!

Ik heb je woorden ontvangen.
Ik neem zo snel mogelijk contact met je op — meestal binnen 48 uur.
Tot die tijd… neem een moment voor jezelf. Je bent hier welkom.

Welkom terug